Het verhaal van Marjolein
De jonge onderzoeker achter baanbrekend KiKa onderzoek
Een nieuwe generatie jonge onderzoekers werkt dag in dag uit aan het maken van nieuwe behandelingen tegen kinderkanker. Marjolein Kes is één van hen. Zij werkt aan een KiKa onderzoek naar rhabdoïde tumoren. Dit is een zeer agressieve vorm van kinderkanker die bijna overal in het lichaam voorkomt en erg lastig te behandelen is. “Voor deze kinderen zijn er geen goede behandelingen. Dat móet beter. Elk kind dat overlijdt aan kinderkanker is er één te veel.”


Gedreven door onbegrip
“Van heel dichtbij maakte ik mee dat een vriendinnetje van mijn zusje overleed aan kinderkanker”, vertelt Marjolein. “Als kind probeerde ik te begrijpen hoe dit kon. Ik dacht: ‘Kanker is toch een ziekte voor oude mensen en niet voor iemand van elf?’”
Deze ervaring raakte Marjolein en gaf haar een duidelijk doel: zich inzetten voor kinderen met kanker. Inmiddels werkt ze al bijna vijf jaar als onderzoeker in het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie. “Op de gangen zie ik de meest schrijnende dingen, zoals een hoogzwangere vrouw met haar andere kind aan een chemopaal.”
Ondanks alles blijft ze vastberaden. “Toen ik hier begon met werken heb ik tegen mezelf gezegd: ‘Ik stop niet voordat mijn onderzoek één kind heeft geholpen’”, zegt Marjolein.
Het onderzoek
Marjolein doet in het Máxima onderzoek naar rhabdoïde tumoren. Dit zijn zeer agressieve tumoren die bijna overal in het lichaam voorkomen, maar vooral in de hersenen en nieren. Ze komen vooral voor bij kinderen jonger dan twee jaar.
“Voor deze kinderen zijn er op dit moment geen behandelingen die goed werken. Daarom zijn mijn collega's en ik hard op zoek naar wat wel werkt”, zegt Marjolein. “In het laboratorium kweken we mini-tumoren (organoïden) uit een stukje van de kanker uit het lichaam van het kind. Dit komt na een operatie en met toestemming van de ouders beschikbaar. Omdat deze mini-tumoren heel erg lijken op de tumor in het kind kunnen we testen welke medicijnen de groei van de mini-tumoren remmen of stoppen.”
“Met mini-tumoren onderzoek ik in het laboratorium ook welke stoffen tumorcellen eten en hoe ze deze stoffen gebruiken om te groeien. Als we dit begrijpen, kunnen we manieren bedenken om de groei van de tumor te vertragen of zelfs te stoppen.” De onderzoekers proberen de kankercellen als het ware uit te hongeren, zodat ze niet meer kunnen groeien. “Dat is heel ingewikkeld”, merkt Marjolein op. Ze benadrukt dat het onderzoek niets te maken heeft met wat een kind eet in het dagelijks leven.
De toekomst
De resultaten van het onderzoek zijn erg hoopvol. “Ik heb een medicijn gevonden dat goed werkt in onze mini-tumoren in het laboratorium”, licht Marjolein toe. “We kijken nu welke vervolgonderzoeken nodig zijn om dit medicijn beschikbaar te maken voor kinderen met rhabdoïde tumoren, zodat we kunnen kijken of het werkt.”
“Het vriendinnetje van mij zus is er niet meer. Ik hoop dat ons onderzoek ervoor zorgt dat andere kinderen dit niet meer overkomt.”





