Hier vind je een overzicht van alle KiKa onderzoeken

KiKa financiert onderzoeken die belangrijk zijn voor kinderkanker en die goed beoordeeld zijn door de Wetenschappelijke Raad van KiKa. Er vinden onderzoeken plaats in het Prinses Máxima Centrum maar ook in academische centra en andere onderzoeksinstituten in Nederland. 

KiKa financiert nieuwe onderzoeken

Meer inzicht in rhabdoïde tumoren

Alle cellen in het lichaam hebben hetzelfde DNA, de bouwplaat die bepaalt hoe de cellen werken. Je kunt het DNA vergelijken met een hele lange draad van zo'n twee meter lang. Deze lange draad moet in een hele kleine ruimte passen. Daarom moet het DNA netjes opgerold worden, net zoals een lange tuinslang. De manier waarop het DNA wordt opgerold bepaalt of specifieke delen van het DNA zichtbaar en actief zijn. Als een stukje DNA erg strak is opgerold, kan dat deel van de bouwplaat namelijk niet gelezen worden. Terwijl dit wel kan, wanneer het DNA losser is opgerold. Welke delen van het DNA actief gemaakt worden of zijn, wordt bepaald door een ingewikkeld systeem in het lichaam. Wanneer er iets misgaat in dit systeem, kunnen cellen ongecontroleerd gaan delen en kan er kanker ontstaan, zoals rhabdoïde tumoren. Hoe deze foutjes een rol spelen bij het ontstaan van rhabdoïde tumoren is nog onduidelijk. Onderzoeken wetenschappers van het Nederlands Kanker Instituut proberen hier inzicht in te krijgen. Hiervoor gebruiken ze ‘mini-tumoren’, die gekweekt worden in het laboratorium. Deze minitumoren worden gemaakt uit rhabdoïde tumoren van patiënten. De onderzoekers verwachten dat hun onderzoek belangrijke kennis zal opleveren over kinderkanker.Centrum: Nederlands Kanker InstituutStartjaar: 2025Looptijd: 4 jaarTotale kosten/bijdrage KiKa: € 718.947,00Onderzoeksnummer: 523Projectleiders: Dr. Elzo de Wit en Dr. Jarno Drost, Rhabdoïde tumoren zijn een zeer agressieve vorm van kinderkanker. Onderzoekers van het Nederlands Kanker Instituut proberen te begrijpen hoe deze vorm van kanker ontstaat.

Lees meer

Tweede tumor bij overlevenden van kinderkanker

Steeds meer kinderen genezen van kanker. Helaas wordt een deel van hen later opnieuw ziek. Zo komen longkanker, schildklierkanker en huidkanker vaker voor bij overlevenden van kinderkanker (survivors) dan bij mensen die geen kinderkanker hebben gehad. Het is nog onduidelijk wie hierop veel kans maakt en welke factoren hierbij een rol spelen. Dit komt mede doordat de onderzoeken tot nu toe te weinig gegevens hadden om dit goed te bepalen. Om deze reden gaan onderzoekers voor een nieuw onderzoek de gegevens van 56 duizend overlevenden van kinderkanker uit Europa en Amerika combineren.Het is erg belangrijk om de risico's op een tweede tumor bij survivors in kaart te brengen. Hierdoor kunnen artsen namelijk overlevenden van kinderkanker beter in de gaten houden en hun betere adviezen geven. Ook kunnen ze de behandelingen verbeteren van kinderen die in de toekomst kanker krijgen, zodat zij hiervan minder negatieve gevolgen ervaren op de lange termijn.Centrum: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologieStartjaar: 2025Looptijd: 4 jaarOnderzoeksnummer: 525Projectleiders: Prof. Dr. Leontien Kremer, Dr. Jop Teepen en Dr. Helena van der Pal, Uit eerder door KiKa gefinancierd onderzoek blijkt dat een specifieke groep overlevenden van kinderkanker meer kans heeft op het krijgen van borstkanker. Welke factoren vergroten de kans op andere tumoren op latere leeftijd? Met deze vraag gaan onderzoekers van het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie aan de slag.

Lees meer

Niertumoren

DNA zit in alle cellen van het lichaam. Het is een uitgebreide handleiding, waarin zeer nauwkeurige instructies staan over hoe ons lichaam groeit, werkt en eruitziet. Kinderkanker ontstaat door foutjes of veranderingen in het DNA. Deze foutjes leiden vaak niet tot kanker, maar ze verhogen wel de kans hierop. Fouten in het DNA kunnen spontaan ontstaan, maar kunnen ook aangeboren zijn. Dit heet erfelijke aanleg. Uit een eerder door KiKa gefinancierd onderzoek blijkt dat er bij maar liefst 1 op de 3 kinderen met Wilms-tumoren sprake is van erfelijke aanleg. Het is erg belangrijk om erfelijke aanleg voor kanker te herkennen. Patiënten met erfelijke aanleg hebben namelijk een hogere kans op het opnieuw krijgen van kanker, waardoor extra controles nuttig kunnen zijn. Ook kan het nodig zijn om de behandeling aan te passen en is deze informatie belangrijk voor familieleden en voor als de patiënt in de toekomst een kinderwens heeft. Een verhoogde kans op kanker wordt namelijk vaak van generatie op generatie binnen families doorgegeven. Er zijn verschillende vormen van erfelijke aanleg. Sommige vormen kunnen artsen opsporen door te kijken naar de aanwezigheid van uiterlijke afwijkingen of het voorkomen van kanker in de familie. Andere vormen kunnen ze helaas niet met standaard onderzoek herkennen.Over het onderzoekVoor andere vormen van kanker is eerder gevonden dat je erfelijke aanleg kunt herkennen met informatie uit de tumor. In dit nieuwe onderzoek gaan de onderzoekers kijken of dit ook geldt voor Wilms-tumoren. Als dit zo is, dan kunnen artsen met deze kennis erfelijke aanleg beter en gerichter herkennen. Hierdoor kunnen ze patiënten met Wilms-tumoren beter behandelen en controleren, en de patiënten en hun families beter informeren.Centrum: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologieStartjaar: 2025Looptijd: 4 jaarTotale kosten/bijdrage KiKa: € 722.908,00Onderzoeksnummer: 522Projectleiders: Prof. Dr. Roland Kuiper, Prof. Dr. Marry van den Heuvel-Eibrink, Dr. Lennart Kester en Dr. Marjolijn Jongmans, Wilms-tumor is de meest voorkomende vorm van nierkanker bij kinderen. Eén op de drie kinderen met Wilms-tumoren heeft aanleg voor het ontwikkelen van deze ziekte. Deze informatie kan belangrijk zijn voor de behandeling. Artsen kunnen erfelijke aanleg voor kanker helaas niet altijd herkennen met standaard onderzoek. Onderzoekers zijn daarom op zoek naar nieuwe manieren om erfelijke aanleg te herkennen.

Lees meer

Celtherapie bij solide tumoren

Bij CAR-T-celtherapie worden afweercellen van de patiënt in het laboratorium bewerkt, zodat ze de tumorcellen beter kunnen herkennen en aanvallen. De aangepaste afweercellen (CAR-T-cellen) worden vervolgens teruggegeven aan de patiënt. Zij herkennen de tumorcellen door de aanwezigheid van een bepaald kenmerk. Dit kan je vergelijken met de streepjescode die op een product in de supermarkt zit. Wanneer de kassa (een CAR-T-cel) een juiste code scant (een gezonde cel) is er niets aan de hand, maar wanneer de code niet klopt (bij een tumorcel) geeft de kassa een foutmelding en wordt het product apart gezet om te vernietigen. Solide tumoren kunnen zich goed verstoppen voor het afweersysteem. Hierdoor kunnen de CAR-T-cellen de tumorcellen niet goed aanvallen en hun werk niet goed doen.Over het onderzoekUit eerder onderzoek blijkt dat CAR-T-cellen sterker gemaakt kunnen worden door ze uit te rusten met een speciale boodschapper uit het immuunsysteem, namelijk IL-18. Hierdoor kunnen de CAR-T-cellen de tumorcellen beter opsporen en aanvallen. In dit nieuwe onderzoek willen de onderzoekers met IL-18 versterkte CAR-T-cellen maken die tumoren met een specifiek kenmerk (B7H3) herkennen en vernietigen. Ook willen ze begrijpen hoe de versterkte cellen te werk gaan. Het B7H3-kenmerk is eerder gevonden op veel verschillende tumoren bij kinderen, maar niet op gezonde lichaamscellen. Dit onderzoek vormt hierdoor een belangrijke basis voor nieuwe vormen van celtherapie voor kinderkanker.Centrum: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologieStartjaar: 2024Looptijd: 4 jaarTotale kosten/bijdrage KiKa: € 718.921,00Onderzoeksnummer: 493Projectleiders: Prof. Dr. Claudia Rossig en Dr. Adeel Saleem, CAR-T-celtherapie is een nieuwe therapie voor leukemie, een vorm van bloedkanker. Hierbij worden aangepaste afweercellen van de patiënt (CAR-T-cellen) gebruikt. Deze therapie werkt helaas nog niet goed bij andere vormen van kinderkanker, zoals kanker die ontstaat in één orgaan of weefsel (ook wel solide tumoren genoemd). Solide tumoren bestaan uit een klompje kwaadwaardige cellen, welke omgeven worden door andere niet-kwaadaardige cellen. Net als bij een boef, die zich verstopt tussen normale mensen in een drukke stad, kan de politie (de CAR-T-cellen) de tumorcellen hierdoor niet goed vinden en aanvallen. Onderzoekers proberen de CAR-T-cellen zo aan te passen dat ze solide tumoren beter kunnen opsporen en deze op volle kracht kunnen aanvallen.

Lees meer

Nieuwe modelsystemen voor hersenstamtumoren

Diffuus intrinsiek ponsglioom (DIPG) is een zeer agressieve hersenstamtumor die voornamelijk bij kinderen voorkomt. In Nederland krijgen ongeveer 10-15 kinderen per jaar DIPG. Hierdoor is onderzoek naar deze ziekte moeilijk. Tegelijkertijd is onderzoek dringend nodig, aangezien de vooruitzichten voor kinderen met dit type hersenstamtumor het slechtst zijn van alle soorten kinderkanker. Dit komt doordat de tumor moeilijk te bereiken is met chemotherapie of bij een operatie.Over het onderzoekModelsystemen zijn dieren of cellen die onderzoekers gebruiken om processen in het lichaam, zoals het ontstaan van kanker,beter te begrijpen. Deze kennis kan vervolgens toegepast worden op mensen. De onderzoekers ontwikkelden vier modelsystemen met gedoneerde tumorcellen van kinderen die overleden aan DIPG. Tijdens het ontwikkelen van een van deze modellen in dieren vonden de onderzoekers iets onverwacht. Nadat ze de tumorcellen van de kinderen in de hersenstam van muizen plaatsten, ontstonden er nieuwe tumoren in cellen die afkomstig waren van de muizen. Dit wijst erop dat de DIPG-tumorcellen kanker veroorzaken bij muizen. Begrijpen waarom en hoe dit gebeurt is belangrijk en geeft mogelijk inzicht in hoe DIPG ontstaat en hoe de ziekte voorkomen kan worden.ToekomstOnderzoekers in en buiten Nederland gebruiken inmiddels de modelsystemen om de ontwikkeling van tumorcellen te bestuderen, nieuwe medicijnen te testen en de beste manier van het toedienen van medicijnen te bepalen. Vervolgens kunnen ze testen of deze medicijnen werken bij kinderen met DIPG.Onderzoeksnummer: 69 Centrum: Amsterdam UMC (locatie VU)Startjaar: 2011 Looptijd: 3 jaarTotale kosten/bijdrage KiKa: € 269.500, Artsen kunnen tumoren in de hersenstam moeilijk behandelen. Hierdoor is de gemiddelde levensverwachting van kinderen met deze ziekte beperkt tot negen maanden. Om meer kennis te verzamelen en zo betere behandelingen te ontwikkelen, ontworpen onderzoekers van het Amsterdam UMC nieuwe methodes omhersenstamkanker te onderzoeken.

Lees meer

Late effecten van radiotherapie

Het doel van dit project was de relatie tussen bestralingsdosis en late effecten nauwkeurig te bepalen. Hiervoor is bij een groot aantal lange termijn-overlevenden van kinderkanker het voorkomen en de ernst van late effecten onderzocht. ResultatenOverlevenden waarvan de hersenen bestraald waren hadden het vaakst last van late effecten en ook het vaakst ernstige, levensbedreigende late effecten. Meer dan 80% van deze groep had last van late effecten en bijna de helft had minstens vijf late effecten. De meest voorkomende late effecten in deze groep waren kaalheid en negatieve effecten op het geheugen, het zenuwstelsel, de stofwisseling en de hormoonhuishouding.Hersenbestraling leidde ook tot een groter risico op beroertes. Dit verhoogde risico werd ook gezien bij overlevenden die op de borstkas-hals bestraald waren en was het hoogst in de groep die zowel hersenbestraling als bestraling van de borstkas-hals had gehad. Het risico op beroertes nam toe bij hogere stralingsdosissen.Een derde van de overlevenden waarbij het hart in het bestralingsgebied lag had last van hartklepafwijkingen. Het risico op hartklepafwijkingen nam toe bij een hogere stralingsdosis. De aanwezigheid van een aangeboren hartafwijking zorgdeook voor een verhoogd kans op hartklepafwijkingen. De resultaten van dit onderzoek benadrukken het belang van het opstellen van richtlijnen voor het opvolgen van overlevenden van kinderkanker na hun oorspronkelijke behandeling. Hierdoor kunnen late effecten tijdig opgemerkt en behandeld worden.Onderzoeksnummer: 68Centrum: Emma Kinderziekenhuis - AMC AmsterdamStartjaar: 2010Looptijd: 4 jaarTotale kosten/bijdrage KiKa: € 264.460, De overlevingskans van kinderen met kanker is in de laatste jaren sterk verbeterd, maar dit gaat gepaard met de kans op het ontstaan van late effecten. Deze effecten zijn aan de tumor en/of aan de behandeling te wijten. Een bekende en belangrijke risicofactor is radiotherapie. Onderzoekers van het Emma Kinderziekenhuis onderzochten de late effecten van deze behandelmethode.

Lees meer

Onderzoek naar agressieve hersentumoren bij kinderen

Dit gaan ze doen door 'mini-hersenen' te kweken in het lab. Dit noemen we organoïdes. Hiermee kunnen de onderzoekers het ontstaan van BCOR-hersentumoren onderzoeken. Ook kunnen ze ‘mini-hersenen’ met tumorcellen gebruiken om medicijnen op te testen.Door dit onderzoek hopen de wetenschappers meer te leren over BCOR-hersentumoren en betere behandelingen te ontwikkelen die de overlevingskansen en kwaliteit van leven van kinderen met deze tumoren verbeteren.Centrum: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie Startjaar: 2024Looptijd: 4 jaarBijdrage KiKa: € 800.870Onderzoeksnummer: 499, Er is een bepaald soort hersentumor bij kinderen, BCOR-hersentumoren, waarvoor nog geen specifieke behandeling bestaat en waarvan de overlevingskansen laag zijn. Om betere behandelingen te vinden, moeten wetenschappers eerst begrijpen hoe deze tumoren ontstaan en wat hen kan stoppen.

Lees meer

Gepersonaliseerde chemobehandeling voor Ewing sarcoom

In deze studie gaan de onderzoekers kijken of deze aanpassingen in de chemobehandeling de overlevingskansen beïnvloeden. Hiervoor gebruiken ze gegevens uit een groot internationaal onderzoek. De resultaten helpen om in de toekomst betere richtlijnen te maken voor de behandeling van Ewing sarcoom.Centrum:Mathematisch Instituut (Universiteit Leiden) en het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologieStartjaar: 2024Looptijd: 4 jaarBijdrage KiKa: € 546.286Onderzoeksnummer: 485, Ewing sarcoom is een agressieve vorm van botkanker. Kinderen worden behandeld met chemotherapie, bestraling of krijgen een operatie. Vaak moeten de doseringen van chemotherapie worden aangepast of uitgesteld vanwege bijwerkingen. Artsen weten niet zeker of dit invloed heeft op de behandeling en de overlevingskans voor de patiënt.

Lees meer

Onderzoek naar verbeterde celtherapie voor acute myeloïde leukemie

Celtherapie is een veelbelovende methode om kanker te behandelen, vooral als andere behandelingen niet werken of als de kanker terugkomt. Dit onderzoek richt zich op het gebruik van een speciaal type witte bloedcellen, genaamd Natural Killer (NK) cellen, die kunnen helpen kanker te bestrijden. De onderzoekers weten al hoe ze grote hoeveelheden NK-cellen kunnen maken vanuit stamcellen. In deze studie kijken ze of ze NK-cellen zo kunnen aanpassen, dat deze de kankercellen nog beter herkennen en aanvallen. De onderzoekers hopen zo celtherapieën te verbeteren waardoor de overlevingskans voor kinderen met kanker vergroot wordt.Centrum: RadboudumcStartjaar: 2024Looptijd: 4 jaarBijdrage KiKa: € 916.998Onderzoeksnummer: 489, Onderzoek naar het aanpassen van Natural Killer (NK) cellen zodat deze de kankercellen nog beter herkennen en aanvallen.

Lees meer

We willen je graag op de hoogte houden over wat er met jouw donatie gebeurt.

Meld je aanvoor de nieuwsbrief (opent in een nieuw venster)
Blote benen redden kinderlevensDoe mee aan Kika Korte Broek